Sheila Struyck werkt als plant-forward chef. Na een mooie carrière in het bedrijfsleven kwam ze de boardroom uit en haalde in 2020 haar papieren op de Franse culinaire opleiding Le Cordon Bleu. Voor Food Inspiration schrijft ze – als relatieve nieuwkomer – over haar ervaringen in de gastronomie. Deze week vraagt ze zich af of ze voortaan haar gasten bij de deur gaat selecteren. 

Scène 1. “U heeft gelogen, deze fietsen kunnen helemaal geen 50 kilometer op een volle accu! Na tien kilometer is de batterij dood. Wat gaat u doen om dit op te lossen?” De man aan de telefoon blaast en sist. Ik ben geïmponeerd. Het argument dat ik in de advertentie verwijs naar de site van de fabrikant met technische details wordt direct verworpen. “Ik ben bedrogen.” Ik ben me oprecht van geen kwaad bewust. Naar mijn weten waren de fietsen prima in orde. Voor zover vijf jaar oude, regelmatig gebruikte elektrische fietsen dat zijn. 

Door zijn agressie ga ik twijfelen. Zou ik rotzooi hebben verkocht? Ik buig en neem ze terug, ondanks de duidelijke afspraak ‘garantie tot de hoek van de straat.’ Ik neem de proef op de som. Maar na een fietsrit van een uur door de wijk, blijkt de accu nog 90% vol. Ik herinner me ineens dat deze jongeman bij zijn proefrit al niet heel ervaren leek op de fiets. Zou hij een soort fatbike hebben verwacht? Veel snelheid zonder enige inspanning? Ik concludeer dat hij gewoon spijt had van zijn aankoop: de fiets was gewoon een heel andere soort dan hij had gedacht. Ik lees zijn berichtjes van vóór de aankoop nog een keer door. “Zijn ze er nog? Ik ben HEEL geïnteresseerd”, “Wanneer kan ik de fietsen halen?” en “Ik wil een goede prijs, wat kun je voor me doen?” Het is vooral de Fear Of Missing Out die doorklinkt, maar hij rept met geen woord over hoe de fietsen werken of waar ze eigenlijk voor geschikt zijn. 

Scène 2. In ons dorp bevindt zich een smal strookje natuur waar honden los mogen lopen. En ja, mensen ook. Wandelaars vinden van alles van de hondenpoep die overal ligt en hondenbezitters klagen graag over de achtergelaten schillen, verpakkingen en spareribbotjes. Dat is normaal, het hoort erbij. Maar afgelopen week hoorde ik hoe de baas van een legitiem loslopende hond door een stel recreërende toeristen met kleine kinderen - kennelijk geen honden gewend - bedreigd werd in niet mis te verstane bewoordingen: “ik ruk zijn kop eraf als ik ‘m nog een keer zie.” De kop van de hond ging het om in dit geval. En dat ondanks de duidelijke en ondubbelzinnige borden bij de toegangspaden dat honden hier niet aan de lijn hoeven. Ik was met stomheid geslagen.

Scène 3. Op weg naar huis denk ik na over de drukke avond in het restaurant. We hadden een grote groep met veel verschillende dieetwensen en één gast met een notenallergie. Daarnaast verwachtte een van de gasten dat ik ter plekke - buiten het menu om - een gerecht voor hem zou verzinnen. Natuurlijk doen we graag ons best om ook mensen met levensbedreigende allergieën een leuke avond te bezorgen, maar een vegan die niets lust en dan vervolgens besluit dat hij pasta met champignonroomsaus wil… Inderdaad room, je leest het goed. Ik heb het klaargemaakt. Met een bloedend kokshart. Wat zijn we toch bereid veel te doen voor de gast.

En toch; ‘Waarom ga je bij ons uit eten als je niet van ons eten houdt?’, pieker ik. ‘Op ons menu staan prachtige gerechten, die met zorg zijn bedacht, die we graag koken en zelf eten. Daar kies je toch voor als je bij ons reserveert? Waarom verwacht je dan dat ik speciaal voor jou compleet wat anders maak?’ Op de radio krijgt Broeder Dieleman, een zanger uit Zeeuw Vlaanderen, de opmerking dat zijn dialect moeilijk te verstaan is. Waarop de zanger antwoord: ‘Ach, om iets te kunnen verstaan moet je eerst bereid zijn om goed te luisteren en om je te verdiepen.’ 

Ineens vallen de scènes samen. Wie verdiept zich van tevoren nog in hetgeen aangeboden wordt? Ja, de plaatjes op de socials zijn verleidelijk mooi, de positieve reviews en ‘nog maar twee tafels vrij’ geven het gevoel dat je snel moet toeslaan. Maar wat voor de een fantastisch is, past helemaal niet bij een ander. Dat geldt voor menu’s, fietsen en excursies. Bereidwilligheid om je vooraf ergens in te verdiepen. Daar schort het aan. 

Als de gast of klant niet langer selecteert, dan moet je misschien als aanbieder wel ‘triage’ gaan toepassen. Selectie aan de poort om gedoe of ruzie achteraf te voorkomen. “Ken je deze fiets wel? Weet je dat je zelf moet trappen?”, vragen voordat je een verkoopafspraak maakt. Grote borden plaatsen bij het hondenlosloopgebied met de tekst “als je niet van honden houdt, kies dan liever een ander wandelgebied. En bij de menukaart aan de deur: “Dit is ons aanbod waar we hart en ziel in hebben gestopt. Dit is waar we goed in zijn. Als je iets anders wilt eten dan wat we op het menu hebben, reserveer dan maar ergens anders.” Take it or leave it.